Om een energieprestatiecertificaat (EPC) te kunnen opmaken, moet een gecertificeerde energiedeskundige ter plaatse komen. Deze energiedeskundige zal tijdens het plaatsbezoek verschillende elementen inspecteren die een invloed hebben op het energieprestatiecertificaat, zoals de beglazing en isolatie van de woning. Hiervoor kan je alvast enkele voorbereidingen treffen.
1. Bewijsstukken verzamelen
Naar de aanloop van het plaatsbezoek is het belangrijk om te weten dat een energiedeskundige geen informatie uit verklaringen mag gebruiken en zich enkel baseert op de door de eigenaar aangeleverde bewijsstukken. Zo zijn facturen van uitgevoerde isolatiewerken, nieuwe beglazing of een ketel geldige bewijsstukken indien ze voldoen aan bepaalde voorwaarden.
Voorbeelden van geldige bewijsstukken zijn:
- Door de architect ondertekende plannen voor de stedenbouwkundige of omgevingsvergunning,
- Facturen (waarop het adres van de eenheid/het gebouw vermeld staat),
- Ondertekende lastenboeken of lastenboeken vergezeld van de aannemingsovereenkomst,
- Foto's,
- Technische fiches vergezeld van facturen.
Het verzamelen van bewijsstukken is van belang, want hoe meer gegevens er gekend zijn, hoe beter de energiescore van je gebouw zal zijn. Bij gebrek aan (geldige) bewijsstukken wordt gebruik gemaakt van standaardwaarden bij ontstentenis, met andere woorden gaat men ervan uit dat iets niet aanwezig is, tenzij er een geldig bewijsstuk van is.
2. Bouwjaar opzoeken
Zijn er geen bewijsstukken of vaststellingen mogelijk en is er weinig of geen informatie beschikbaar over de samenstelling van de gebouwschil? Dan rekent de software met aannames.
In praktijk gaan we kijken naar de datum van de aanvraag van de stedenbouwkundige- of omgevingsvergunning (ook wel referentiejaar bouw genoemd) en gebruiken we deze om het bouwjaar van jouw gebouw in te vullen in de software. Afhankelijk van het bouwjaar worden de waarden (Vb. de isolatiewaarden) overeenstemmend ingerekend met de bouwgewoonten uit die tijd. Je kan het bouwjaar opzoeken in de Woningpas.
3. Destructief onderzoek
Het energieprestatiecertificaat (EPC) weerspiegelt een momentopname van het gebouw of de gebouweenheid op het moment van inspectie. Kan je weinig bewijsstukken voorleggen? Dan zal de energiedeskundige de eigenschappen van het gebouw(deel) trachten te bepalen aan de hand van visuele vaststellingen.
In praktijk merken we vaak dat, bij volledig afgewerkte gebouw(eenheden), de isolatie niet meer zichtbaar is. Indien je niet over geldige bewijsstukken beschikt om aan te tonen dat de isolatie daadwerkelijk aanwezig is, is in veel gevallen een (destructief) onderzoek aangewezen. Door bijvoorbeeld een inbouwspotje uit het vals plafond te nemen, een muurrooster af te vijzen of een gaatje te boren in een gevelvoeg, kan de energiedeskundige de aanwezigheid, het type en eventueel de dikte van de isolatie vaststellen.
4. Toegang verschaffen
Tijdens het plaatsbezoek moet de energiedeskundige toegang hebben tot de ruimten van het gebouw of de gebouweenheid waarvoor een energieprestatiecertificaat opgesteld wordt. Ook de aanwezige technische installaties, zoals de verwarmingsketel of ventilatie-unit, moeten goed bereikbaar zijn.
Zijn er collectieve installaties aanwezig? Dan moet de energiedeskundige ook toegang hebben tot de stookruimte, tenzij er reeds een EPC aanwezig is van de gemeenschappelijke delen. Tot slot moeten ook toegangen tot zolders zonder vaste trappen voorbereid worden.
Zit je nog met vragen over het voorbereiden van het plaatsbezoek voor de opmaak van jouw energieprestatiecertificaat? Aarzel niet langer en neem contact met ons op via onderstaande knop!
Contact | XenadviesContacteer Xenadvies voor bouwstudies en keuringen in Oost- en West-Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, en Brabant. |